Man en vrouw, je raakt er niet over uitgepraat! Huwelijk, relatie, scheiding, het zijn onderwerpen van alle dag. Lange tijd is het huwelijk “uit” geweest, maar nu schijnt het weer een beetje “in” te zijn. Het huwelijk zoals wij dat kennen is er ook niet altijd geweest. Dat je met één partner getrouwd bent is betrekkelijk nieuw in de geschiedenis van de mensheid. In het Oude Testament lezen we bijvoorbeeld dat de aartsvaders met meerdere vrouwen een relatie hadden. Ook werd er in die tijd al gescheiden. Daar waren bepaalde regels voor. In Deuteronomium 24 staat, dat een man zijn vrouw mag wegsturen, wanneer hij niet meer van haar houdt of omdat hij iets onbehoorlijks bij haar ontdekt heeft. Meestal wordt dat uitgelegd als “overspel” maar dat hoeft helemaal niet. In Jezus’ tijd liepen de meningen daarover nogal uiteen. In onze tekst uit Marcus 10 gaat het dan ook om een zeer actuele kwestie. Er bestonden in die tijd twee opvattingen over wat “onbehoorlijk” zou zijn: de school van Sjammai en de school van Hillel. De eerste verklaarde “iets onbehoorlijks” als overspel, de andere legde uit dat “iets onbehoorlijks” van alles kon zijn, waardoor een man niet meer van zijn vrouw kon houden. Het kwam dan ook voor, dat een vrouw om een kleinigheid werd weggestuurd. En die vrouw kon er niets tegen in brengen, zij was machteloos en rechteloos.
Duidelijk is, dat in de bijbelse wereld de verhouding tussen man en vrouw helemaal vanuit de man gedacht en geregeld is. Er was zelfs een uitdrukking voor: “de vrouw kan verstoten worden of zij wil of niet, maar de man kan zijn vrouw verstoten wanneer hij wil.” Dit is dan ook de achtergrond van onze geschiedenis in Marcus 10, die ook in Mattheüs 19 verteld wordt.
Aan Jezus wordt gevraagd: “Mag een man zijn vrouw in de steek laten?” Bij Mattheüs staat er bij: “…om elke willekeurige reden?”. Je kunt er aan toevoegen: of alleen in geval van overspel?
Wat doet Jezus met deze vraag?
Hij stelt eerst een tegenvraag: “Wat heeft Mozes voorgeschreven?” Zij kunnen alleen maar zeggen, dat Mozes helemaal niets heeft voorgeschreven. Alleen heeft hij toegestaan om een scheidsbrief te schrijven en een vrouw daarmee weg te sturen. Waarop Jezus nogal fel antwoordt: “Jullie weten best, dat Mozes deze bepaling heeft gemaakt vanwege de hardheid van jullie mannen tegenover jullie vrouwen. Het betekent immers niet, dat jullie je vrouw zo maar kunt wegsturen, maar dat er een gedegen reden voor moet zijn. Vandaar die scheidingsbrief. Daar moet de reden in genoemd worden.”
Dan verwijst de Heer naar het oude scheppingsverhaal. De mens is als man en vrouw geschapen, omdat het niet goed is dat de mens alleen is. God is ook niet alleen, Hij is omringd door engelen. Zo is het ook met de mens, zó heeft God het bedoeld toen Hij ze als een paar schiep. Ook de dieren schiep Hij zó: mannetje vrouwtje. Om voor elkaar een hulp te zijn, om sámen te zijn, elkaars steun en toeverlaat. De apostel Paulus haalt dit ook naar voren in 1 Kor.11: “In de Heer is evenmin de vrouw zonder man iets als de man zonder vrouw. Want gelijk de vrouw uit de man is, zo is ook de man door de vrouw; alles is echter uit God. (vers 11). De eenheid tussen man en vrouw is dus door God zo bedoeld, dat zij samen volledig mens zouden zijn! Eigenlijk is het een wonder, een mysterie. Het gaat daarbij om het heil van de mens. Dat zij gelukkig zullen zijn en samen één geheel. Heil is toch “heling, heelmaking”. Twee aparte stukken worden tot één geheel. Zo zou het moeten zijn in het huwelijk: sámen meer mens, sámen een héle mens!
Door de mensen hierop te wijzen laat Jezus de mensen voelen, hoe verkeerd zij handelen om iets “heels” stuk te maken. Hoe hard zij zijn en hoe “wettisch” zij omgaan met de van God gegeven man-vrouw relatie. Hard, omdat zij zich bij de scheiding niet bekommeren om het lot van de vrouw. En wettisch, omdat zij de oorspronkelijke bedoeling van de man-vrouw relatie niet meer onderkennen en in feite ondergeschikt hebben gemaakt aan latere wetten en bepalingen. Jezus gaat hier fel tegen in. “Man en vrouw zijn één”, zegt Hij. Je kunt maar niet naar willekeur omspringen met de vrouw, als een wegwerpvoorwerp. Als het over de vrouw gaat, gaat het ook over de man. Die twee horen immers samen, het is vanaf het begin een mysterie van God. Wat door het geheim van de levende God op dit niveau met elkaar verbonden is, daar mag de mens niet aankomen, daar moet die niet tussen gaan zitten, daar moet hij eerbiedig mee omgaan, anders komen er brokken. “Wat dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet.”
Een bekende tekst, maar meer gebruikt in de geest van “Wat de ambtenaar van de burgerlijke stand of de kerk heeft samengevoegd, scheide de mens niet.” En dat is toch wel iets anders dan “Wat God heeft samengevoegd…” Hier gaat het om het mysterie van God, terwijl het bij het eerste gaat om juridische en kerkelijke regelingen, door mensen gemaakt. Jezus geeft er geen nieuwe bepaling bij, maar vraagt van de harde en wettische Farizeeën juist eerbied voor het mysterie in de verhouding tussen man en vrouw.
“Wat God heeft samengevoegd scheide de mens niet.” Doe dat niet, laat dat, blijf daar van af! Jezus spreekt vermanend, niet verbiedend. Kom mensen, laat dat toch niet gebeuren, daar komen ongelukken van! Maar probeer van het huwelijk toch iets goeds en moois te maken, zoals God het bedoeld heeft. Als je het huwelijk kapot maakt in een scheiding, denk niet dat zoiets zo maar kan, zoiets doe je niet zonder schade voor die ander maar ook voor je zelf. Het is echt een wijze vermaning en aansporing van de Heer. Wij moeten er geen verbod van maken. Vaak is dat gebeurd en het gebeurt nog, dat mensen zeggen, dat Jezus tegen de scheiding is. Maar er staat niet in onze tekst, dat een mens in geen geval mag scheiden. Dat zou ook onevangelisch zijn, want dat zou betekenen dat je een onverdraaglijk verdriet zou willen laten voortbestaan. Soms is immers de verhouding tussen man en vrouw in een huwelijk ondraaglijk geworden. En dan is het beter om uit elkaar te gaan dan elkaars leven te verzuren.
Jezus reageert hier tegen een wettische harde mannenmoraal, waarbinnen de vrouw geen kans krijgt. Het gaat daarbij om een normale samenleving tussen twee mensen, en nog niet eens om de vraag, die tegenwoordig velen bezighoudt: of de getrouwde vrouw nog carrière kan maken”.
“Thuis gekomen”, zo gaat het verhaal verder,”thuis gekomen vroegen de leerlingen Hem opnieuw hierover.” “Thuis gekomen” kan bij Marcus ook betekenen: later, in de Christelijke Gemeente. Daar vroegen de kerkmensen aan hun leiders hoe ze Jezus’ woorden moesten opvatten. In de geest van de Heer neemt de Christelijke Gemeente de vrouw in bescherming tegen de heersende mannenmoraal van de Farizeeën: “wie zijn vrouw in de steek laat en met een ander rouwt, pleegt echtbreuk tegenover haar.” Nu wordt de willekeur van de man ten opzichte van zijn vrouw veroordeeld. Waarschijnlijk was nog niet verboden, dat een man twee vrouwen had, maar wel dat hij zijn eerste vrouw eenzijdig in de steek laat en in de plaats van haar een ander trouwt. Paulus vraagt al van een Gemeenteleider, dat hij de man is van één vrouw, zo lezen we in 1 Tim.3, 2.
Wat van de man gevraagd wordt, geldt ook voor de vrouw: zij mag ook haar man niet in de steek laten. Dat dit zou gebeuren, was in de tijd van Jezus, nog ondenkbaar, want de vrouw had toen nog geen enkel recht. Maar in de latere Grieks-Romeinse Gemeente kon dat wel voorkomen, omdat de vrouw daar al meer geëmancipeerd was. Toch was wat Jezus hier zei over de vrouw in de toenmalige Joodse mannencultuur zó opvallend, dat de discipelen bij Mattheüs uitroepen: “Als de verantwoordelijkheid van de man tegenover de vrouw zó ligt, is het niet voordelig voor de man om te trouwen!” (Matth.19, 10).
Thuisgekomen in Nederland, anno 2007, met zo’n 50.000 scheidingen per jaar en een nog sterke discriminatie van de vrouw in zo menig opzicht mogen we van het twistgesprek tussen Jezus en Farizeeën best het één en ander leren.
Ten eerste dat man en vrouw elkaars gelijke zijn. Zelfs Paulus, altijd single gebleven, komt daar niet langs heen: “Zoals de vrouw uit de man, zó is de man door de vrouw, beide zijn gelijke en hebben elkaar nodig.”
En dat is dan ook gelijk het tweede, wat we van Jezus leren kunnen: we zijn vrouwelijk en mannelijk om elkaar te helpen echt mens te worden. En dat niet alleen op het biologisch seksuele vlak, maar vooral ook op geestelijk gebied.
Communiceren is het geheim van een goed huwelijk. Daar moet je tijd voor vrij maken. Tegenwoordig hebben man en vrouw het zó druk, dat daar vaak geen gelegenheid voor is. Altijd maar werken en zorgen en stressen, dat je aan even bij elkaar zitten en praten niet toekomt. Zó wordt je samen meer mens! De ellende vandaag is, dat relaties meer rusten op eigen belang dan op het gezamenlijk belang om meer mens te worden. Het blijft een ontdekkingsreis van elkaar. En hoe langer dat duurt, hoe boeiender het wordt! Groeien aan elkaar.
Als derde punt zou ik willen noemen: het monogame huwelijk. Dat is een vrucht van de westerse beschaving. Het is zeker nog lang niet overal zo in de wereld. Het is en blijft ook een grote opgave voor twee mensen om levenslang bij elkaar te blijven. Bij 50.000 scheidingen per jaar betekent dit alleen al in Nederland, dat rond 100.000 mensen per jaar dit uiterste niet kunnen opbrengen. Dat geeft te denken. Veel mensen proberen die enge band van het westerse huwelijk ook wat te verruimen. Zij vinden het te benauwend en gaan over tot allerlei vormen van vriendschap, samenwonen, allerlei relaties aangaan, leefgemeenschappen enzovoort. Ik denk, dat het er bij al deze vormen van man-vrouw relatie steeds weer op zal neer komen, of men bereid is er aan te werken om sámen vollediger mens te worden. In dit licht moeten we ook bezien het samenleven van twee mannen of twee vrouwen, die vanuit de homofiele geaardheid elkaar helpen om tot een vollediger menszijn te komen.
Tenslotte nog dit. Ik hoor uit het woord van de Heiland:”Wat God verbonden heeft, scheide de mens niet”, dat in tijden van crisis – en dat maken we allemaal wel eens mee – je elkaar niet éénzijdig in de steek moet laten. Zolang de een de ander nog meent te kunnen helpen of nog door de ander geholpen kan worden, heb je nog boodschap aan elkaar en een opdracht voor elkaar. Pas als dat niet meer het geval is, als je elkaar niet meer kunt bijstaan, integendeel elkaar alleen nog maar in de weg staat, mogen we concluderen dat het huwelijk voorbij is. Dan zou je misschien moeten zeggen: Wat in Gods naam niet mogelijk is, moet een mens ook niet persé bij elkaar willen houden.
Jezus’ woord is een levend woord, het gaat om lévende mensen, gelukkige mensen. Geen starre verhoudingen, daar bloeit het leven niet in op. Als man en vrouw sta je al zo kwetsbaar tegenover elkaar. Daarom moeten we zachtzinnig met elkaar omgaan, de ander de ruimte geven en de eer die hem of haar toekomt. Zeg tegen elkaar: Wat ben ik toch blij met jou, jij maakt mij tot een ander mens, een beter mens, een vollediger mens. En laat dat aan elkaar dan ook merken. Zo gaat Jezus’ woord in vervulling ook in uw leven.
Amen.
Best heftig om te lezen deze preek. Zelf kom ik uit een kerkelijke omgeving waar geleerd wordt dat het huwelijk in stand gehouden moet worden ten koste van alles. Ik geloof ook zeker dat God bijzondere dingen kan doen in een huwelijk, ook als het niet goed gaat. Hij kan mensen veranderen, harten zacht maken enz. En toch, het lijkt me niet te doen om een heel leven ongelukkig te zijn met een ander. Maar de deur open houden voor een scheiding is vaak net genoeg voor de boze om daar zijn invloed te laten gaan gelden.