Maarten Luther deed in het klooster van Erfurt alles, wat van een monnik werd verlangd. Hij dacht daarmee de “gerechtigheid” van God te bereiken . In al die voorbeeldigheid werd hij al spoedig tot het priesterambt toegelaten(1507). Hij mocht ook veel studeren. Al gauw zien we hem ook al filosofische colleges geven. Hij was een knappe kop en werd door al zijn mede-broeders geëerd. In 1511 werd hij met een bijzondere opdracht namens het klooster naar Rome gestuurd. Veel kerkgebouwen heeft hij daar bezocht, maar de paus zelf heeft hij niet mogen ontmoeten. De prior van het klooster, Johannes von Staupitz, moedigde hem aan theologie te gaan studeren, Dat deed hij en al spoedig werd hem een professoraat in Wittenberg aangeboden. Hij werd daar ook met de prediking en zielzorg in de stadskerk belast en tenslotte ook tot districtsvicaris over elf kloosters beroepen. Hij was dus een druk bezet en veel gevraagd man. Eigenlijk rusteloos, want wat hij zocht vond hij niet: de genade van God. Hij wilde het allemaal nog te veel zelf doen. Hij dacht ook, dat het zó moest! Gelukkig had hij iemand naast zich, die hem een andere weg wees: de weg van Christus, de weg van Zijn kruis. Door de jonge Maarten aan te moedigen theologie te gaan studeren, bracht Von Staupitz hem in aanraking met de Heilige Schrift en met name met de Psalmen. Daar vond hij de werkelijke “gerechtigheid” van God, namelijk dat God genadig en barmhartig is en de zonden vergeeft. Niet de toornige en straffende God. zoals hij God voordien altijd gezien had. Vooral van Paulus, in de Romeinenbrief, heeft hij geleerd, dat het niet de prestatie van de mens is om gerechtigheid te vinden bij God, maar uitsluitend genade en niets dan genade!
Hoe komt Luther er toe de Heilige Schrift als enige autoriteit voor het geloof en de kerk te beschouwen? Omdat hij door Bijbelstudie zijn persoonlijke heil ervaren heeft, toen hij antwoord kreeg op de prangende vraag die hem jaren lang bezig hield: Hoe krijg ik een genadige God? Antwoord uit de Bijbel: Door te geloven in Jezus Christus en Die gekruisigd!
Dor zijn Schriftstudie heeft Luther ook nieuw zicht op God mogen ontvangen. Dat God met Zijn liefdewil gericht is op de verlossing van zondige mensen. En dat Hij dat geëffectueerd heeft in Jezus Christus, langs de weg van het kruis. Hij volgt hierin helemaal de apostel Paulus met zijn kruistheologie. “Een vaste burg is onze God, een toevlucht voor de Zijnen”, zó klinken de beginregels van Luthers strijdlied. Daarmee wordt het centrum van Luthers geloof weergegeven: Dat God waarachtig is en getrouw, en dat Hij met zekerheid Zijn plan met mens en wereld volbrengt. Hoe komt Luther aan deze zekerheid? De openbaring in de Bijbel leert hem dat. Het Woord van God zegt hem dit. Zonder dit Woord zou hij het nooit geweten hebben! Daarom hangt hij zo aan dit Woord: zonder dit Woord is er geen werkelijk leven in de mens. Het is Gods kracht zelf en dus bron van alle menselijke kracht. Dat de mens deze kracht nodig heeft, maakt Luther duidelijk door zijn gedachten over de zonde: het radicale kwaad in de wil van ieder mens. Hij treedt hier in het spoor van Augustinus. Er kan geen sprake zijn van enige verdienste bij de mens, die hem op Gods genade kan voorbereiden. Dat kan alleen het Woord, en het Woord doet dat door de kracht van het geloof in Jezus Christus.
Hier komen we bij de kern van Luthers geloofsvisie: zijn genade- en rechtvaardigingsleer. God verlost de mens van zonde , schuld en dood, door zijn zonden te vergeven en hem zo te “rechtvaardigen”. Het is een “iustificatio imputativa”, een toegerekende gerechtigheid. Waarom toegerekend? Omdat God het de zondige mens “toerekent” ter wille van het volbrachte werk van Christus. De Heiland heeft aan Gods gerechtigheid voldaan voor iedereen, die in Hem gelooft. De mens wordt dan rechtvaardig verklaard doordat God hem ter wille van Christus de zonden vergeeft. Het is een “aliëna iustitia”, de gerechtigheid van iemand anders, van Christus, die de mens toevalt. “Nihil iustificat nisi sola fides Christi” (Niets rechtvaardigt behalve het geloof in Christus). “Iustus ex fide vivet” (de rechtvaardige leeft uit het geloof). Maar de grondslag van dat alles is de genade van God: “Gratia sola iustificat” (de genade alleen maakt een mens rechtvaardig voor God!). God is daarbij niet afhankelijk van de mens, hoe goed die het ook doet. De mens kan met niets de hemel verdienen! Hij moet alleen maar geloven en dankbaar Gods genade ontvangen. Hij kan daarbij ook vast vertrouwen op de waarheid van Gods beloften. Geloven is dan ook een persoonlijke verhouding tot God, met ethische consequenties. “Sola fide, sola gratia, sola scriptura!” Dit moet de kerk aan de mensen leren , want de kerk is de in het geloof bijeengebrachte gemeenschap, waarin de liefde tot elkaar gepraktiseerd wordt.
dit is egt een hele interessante website en ik denk dat ik hier heel wat van kan leren ook al zit ik nog maar in groep 6
ik houd heel erg van maarten luther. ik ben zijn grootste fan!!!
groetjes willem
Beste Willem,
Wat goed, dat jij met je tien jaren al met Luther bezig bent! Ik heb ook een kleinzoon van 10, maar die is met heel andere zaken bezig! In jou schuilt vast een groot theoloog! Ga zo door, want zulke mensen zullen we later zeker nodig hebben!
Laat nog eens iets van je horen. Groeten, Ds.Kroes.
Bedankt voor deze informatie, heel nuttig voor mijn profielwerkstuk HAVO. Heb het met veel plezier gelezen.
Chapeau!!!
groeten Olaf van Heuven
Hallo meneer Kroes, Jacqueline hier van de PD.
Ik lees Luther nogmaals op uw site.
Gisteren heb ik nl de film Maarten Luther gekeken.
Heel knap vertaald door de regiseur en acteurs.
Luther wordt gespeeld door Joseph Fiennes, een van mijn favoriete acteurs.
Ik hoop dat het goed gaat in huize Kroes.
Groetjes en tot ziens!
Mooie website. Toch mis ik een ,,geweldig werk” van meneer Luther: Von den Juden und ihren Lügen.
Zou hij de bijgevoegde, misselijk makende, prenten zelf getekend hebben?