Het was vroeger de gewoonte, dat men een bepaalde tijd “in de rouw” liep. In sommige gebieden van ons land doet men dat nog. De rouwtijd bedraagt voor de naaste familieleden een jaar en zes weken. Zo kon het gebeuren, vroeger, toen kinderen jong stierven, dat ouders nooit uit de rouw kwamen.
In Brabant en plaatsen als Giethoorn en Staphorst werden de dode lichamen op stro gelegd of werden er strobossen bijgezet. Stro zou de werking hebben, dat het boze geesten afweert. Natuurlijk zijn veel van deze oude gebruiken in de kerk overgenomen, die er een christelijke betekenis aan gegeven heeft. Als de klokken nu luiden, denken we niet meer aan geesten-afwering. Veeleer betekent het voor ons een oproep tot bezinning en gebed. En men blijft staan bij het voorbijtrekken van de rouwstoet niet meer uit angst, maar veeleer uit eerbied voor de dode. Toch blijft het opmerkelijk, hoe veel mensen bang zijn om dicht bij een dode te komen of een dode aan te raken. Rooms-katholieken maken dan nog wel eens een kruisje, dat is ook een soort geesten-bezwering.
Protestanten brengen “rouw in de kerk”. Dat gebeurt meestal op de eerste zondag na de begrafenis en natuurlijk ook op de laatste zondag van het kerkelijk jaar (de “dodenzondag”). De familie komt dan in rouwgewaad naar de kerk. De overleden broeder of zuster wordt dan “afgelezen” en aan de Gemeente wordt gevraagd voorbede te doen. Ik denk, dat zoiets een goede gewoonte is. Want alleen vanuit de opstanding van Christus en in het verlengde daarvan onze eigen opstanding kan de angst voor de dood en de dodenziel echt bezworen worden.
Tenslotte wil ik nog stilstaan bij de maaltijd na de begrafenis, variërend van een eenvoudig maal tot heel uitgebreide diners. Het zal er in gekomen zijn, omdat vroeger van heinde en verre de mensen te voet of op een boerenkar naar de begrafenis kwamen. Zij waren daardoor soms uren onderweg en je kon ze dan natuurlijk niet met een lege maag naar huis terug laten gaan. Het is trouwens al een heel oude gewoonte, die we ook al in de Bijbel tegenkomen. In het vorige stukje heb ik daarover al geschreven, naar aanleiding van Jer.16: “Gij zult geen brood breken ten rouw”. Misschien heeft Israël het wel overgenomen uit het heidendom. Daar was het gebruikelijk een zogenaamde “dodenmaal” te houden. In de vroegchristelijke kerk kwam je dit ook nog tegen. Op vastgestelde tijden kwam men dan bij het graf bijeen om maaltijd te houden. Men at dan met de dode. Het werd “refrigerium”(verkwikking) genoemd. Voor de overledene werd ook een stoel klaar gezet en men liet nog extra voedsel op het graf achter. Soms werd de grafsteen met wijn besprenkeld, zodat het de dode aan niets zou ontbreken. Op oude christelijke begraafplaatsen heeft men in sommige graven nog plenggaten voor de olie en de wijn voor de overledene gevonden. In de catacomben in Rome, waar in de eerste eeuwen de Christenen begraven werden, vindt men nog inscripties die daaraan herinneren, zoals: “Drink en dat het u bekome!” Omdat deze dodenmaaltijden hoe langer hoe meer in drinkgelagen ontaardden, werden ze in later tijd door de kerkelijke overheid verboden.
Waar komt het vandaan een jaar en zes maanden rouwen? Ik vind het geen slechte gewoonte bij ons doen ze het ook. Maar ik vroeg me af waar het vandaan komt.
Beste Janneke, je hebt gelijk, het is geen slechte gewoonte om voor rouwen de tijd te nemen! Vroeger deden ze dat wel, en in bepaalde gebieden van ons land is dat nog zo. Maar in deze jachtige tijd zie je ook, dat alles maar snel moet gebeuren en ook snel achter de rug moet zijn. Mensen krijgen vaak geen tijd meer om te rouwen. In het oosten van ons land kent men nog het gebruik van het rouwen gedurende één jaar en zes weken, tenminste voor de naaste familieleden. Voor verdere familie, vrienden en buren, rouwde men korter.Het is streeksgewijs, dus verschillend. Veelal rouwt men voor ouders, kinderen en echtgenoten een jaar en zes weken; voor broers en zusters een half jaar; voor ooms en tantes drie maanden; voor neven en nichten zes weken.Hoe dat zo gekomen is? Niemand kan het – denk ik – zeggen. het is traditie! Ik hoop, dat je iets aan mijn antwoord hebt. Hartelijk gegroet, Ds.Kroes.
Dominee Kroes,
Bij het zoeken naar artikelen over gedenkdagen kwam ik op uw site terecht en ik ben er blij mee. Negen jaar geleden overleed mijn man bij een ongeval. Ik kom uit een familie die niet heeft geleerd om te gaan met verdriet en pijn. Mijn 4 kinderen en ik hebben “gepast” gerouwd, ik meer dan de kinderen vrees ik.
Het is zo goed en zo waar dat de tijd voor het rouwen nemen zo belangrijk is!
Fijn dat u alles zo uitgebreid beschreven heeft, het deed me op een of andere manier goed om het te lezen.
Veel zegen van onze Heer toegewenst!
Beste As, fijn dat u iets aan mijn rouwverwerkings-artikelen gehad hebt. Eigenlijk zit u al 9 jaar in de rouw. Er wordt wel eens gezegd, dat je daar nooit van af komt. En misschioen moet dat ook niet. Als je ’t goed met elkaar gehad hebt, blijf je aan elkaar denken en elkaar missen, elke dag.Wij zouden dat ook hebben, mijn vrouw en ik. Maar God zij geloofd: we zijn nog bij elkaar, dat wordt binnenkort 48 jaar. Ik dank u voor uw lieve reactie en wen ook u Gods zegen en kracht toe! D s.Kroes.
Ik heb een vraag
Ik moet voor mijn vak godsdienst weten wat de vroeger de rouw periode van de christenen was ik weet wel dat er een korte en een lange rouwperiode was maar ik moet weten hoe lang
bedankt
Beste Luigi, op jouw vraag naar de rouwtijd kan ik niet meer antwoorden dan wat ik indertijd al aan Janneke heb geschreven:
Beste Janneke, je hebt gelijk, het is geen slechte gewoonte om voor rouwen de tijd te nemen! Vroeger deden ze dat wel, en in bepaalde gebieden van ons land is dat nog zo. Maar in deze jachtige tijd zie je ook, dat alles maar snel moet gebeuren en ook snel achter de rug moet zijn. Mensen krijgen vaak geen tijd meer om te rouwen. In het oosten van ons land kent men nog het gebruik van het rouwen gedurende één jaar en zes weken, tenminste voor de naaste familieleden. Voor verdere familie, vrienden en buren, rouwde men korter. Het is streeksgewijs, dus verschillend. Veelal rouwt men voor ouders, kinderen en echtgenoten een jaar en zes weken; voor broers en zusters een half jaar; voor ooms en tantes drie maanden; voor neven en nichten zes weken. Hoe dat zo gekomen is? Niemand kan het – denk ik – zeggen. het is traditie! Ik hoop, dat je iets aan mijn antwoord hebt. Hartelijk gegroet, Ds.Kroes.
Meer heb ik in de boeken niet kunnen vinden! Succes met je werkstuk hoor! Groeten, Ds.Kroes.
Hallo,
ik heb een vraag over gewoonte. bij overlijden.
vroeger bij ons in de straat werden er witte lakens voor de ramen gehangen als er iemand was overleden, waar komt dat vandaan?
Op mijn 16 de verloor ik mijn moeder, zij was 42. Nu ben ik 52 en heb nog steeds verdriet . Gaat het ooit over?